De Geert van Woustraat met links de Antoniuskerk en rechts de Nemiusstraat. Anno 1937. Foto: Afdeling Erfgoed nr. 0043941

De Geert van Woustraat is genoemd naar Maria Johannes Gerardus de Wou, die beschouwd wordt als de belangrijkste klokkengieter van Europa. Geboren rond 1450 in waarschijnlijk Nijmegen, werd hij in 1474 als poorter van ’s-Hertogenbosch ingeschreven. In het poorterboek staat hij omschreven als ‘magister Cherardus de Woude, filius quondom Wilhelmi klockgieter’ (meester Geert van Wou, zoon van wijlen Willem, klokgieter). In 1477 ging hij samenwerken met Gobelius Moer, met wie hij een grote klok voor de St. Eusebiuskerk in Arnhem goot. Deze Bossche gieter oefende zijn beroep uit in De Clockgieterspoort. Dit pand stond gebouwd tegen de oostelijke zijgevel van de in 1744 aangelegde Berewoutkazerne. Geert van Wou ging al snel zelfstandig verder. Zo goot hij in 1479 een kleine voorslag voor de Domtoren van Utrecht. Een jaar later vestigde hij zich in Kampen, Gobelius Moer is dan de enige Bossche klokkengieter. Geert van Wou dankt zijn reputatie vooral aan zijn zware geluien, die hij vooral goot voor steden in Duitsland. Zoals Hamburg, Osnabrück, Recklinghausen (drie klokken, 1500), Braunschweig (drie klokken, 1500). Voor Erfurt maakte hij in 1497 de beroemde klok Gloriosa, gewicht 11.400 kg. Die klok getuigt niet alleen van zijn grote vaardigheid in het gieten. Ook van zijn aandacht voor versieringen en opschriften. Het gelui van de Domtoren van Utrecht uit 1505 was zijn grootste prestatie. Het bestaat uit maar liefst dertien klokken, waarvan de zwaarste 8.100 kg weegt. Naast klokken goot hij ook geschut. December 1527 werd hij begraven in de St. Nicolaaskerk van Kampen.