Bossche Straten 2015
168. Ruim opgezette straat
Auteur: Ed Hupkens Met dank aan de Werkgroep Toponymie, Kring Vrienden van 's-Hertogenbosch |
De Sint-Janssingel gezien in zuidelijke richting, op de achtergrond het Mariënburgklooster. Anno 1915. Foto: SA nr. 0055488
Met de Vestingwet van 1874 verloor ’s-Hertogenbosch zijn status als vestingstad. De stadspoorten mochten worden geslecht, de stadswallen afgegraven en de voormalige vestinggronden bebouwd worden. De stadsmuren bleven behouden, omdat die tevens een waterkerende functie hadden. Alleen bij de Sint Janssingel was dat niet het geval: de muren werden gesloopt en vervangen door brede taluds. En er werd gebouwd. Overal aan de randen van de stad, op de voorheen militaire gronden, verschenen arbeiderswoningen. Want vooral onder de arbeidende klasse was de woningnood schrijnend groot. Aan de Sint Janssingel werden voor hen - zeker voor die tijd – riante woningen gerealiseerd. De nieuwe straat zelf was ruim bemeten. In 1897 kreeg het de naam Sint Janssingel. Aan de Sint Janssingel kwam in 1899 ook een klooster, van de zusters van het Gezelschap van Jezus, Maria en Jozef. Het kreeg de naam Mariënburg, als herinnering aan het Franciscanessenconvent met dezelfde naam op dezelfde plaats uit de middeleeuwen. Tot het grote kloostercomplex aan de Sint Janssingel behoorde een kweekschool voor onderwijzeressen met internaat. Sint Janssingel 88 is een rijksmonument. ‘Anno 1894’ staat er boven de ingang. In dat jaar riepen Frans van Lanschot en zijn vrouw een fundatie in het leven, voor huisvesting en verzorging van bejaarde, ongehuwde vrouwen en weduwen. Zij moesten wel tot het personeel van de familie Van Lanschot hebben behoord. Vele vrouwen hebben er een goed tehuis gevonden. Zij werden verzorgd door de zusters van het naastgelegen klooster Mariënburg. De Van Lanschotstichting werd in 1945 opgeheven.