Bossche Straten 2013
077. Toevluchtsoord
Auteur: Ed Hupkens Met dank aan de Werkgroep Toponymie, Kring Vrienden van 's-Hertogenbosch |
Voormalig refugiehuis en Huis van Bewaring aan de Sint-Jorisstraat. De situatie anno 1925 is vóór de doorbraak (1936) naar de Zuidwal.
Foto: SA nr. 0001606
De St.-Jorisstraat heeft enkele refugiehuizen gekend. Een refugiehuis was een plaats waar kloosterlingen van buiten ’s-Hertogenbosch in roerige perioden een veilig toevluchtsoord hadden. Vooral tijdens de Gelderse Oorlogen (ca. 1500-1543) werden deze refugiehuizen gebouwd. De naam komt van het Franse woord refugé, dat vluchteling betekent. Op de hoek St.-Jorisstraat en Spinhuiswal staat het Refugiehuis van de Abdij van St. Geertrui (augustijnen) uit Leuven. Gebouwd door abt Petrus Was in het begin van de 16e eeuw. Omdat een buitenlandse abdij eigenaar was kon het refugiehuis, na de verovering van de stad in 1629 door Frederik Hendrik, niet geconfisqueerd worden. In 1767 werd het gebouw verkocht. De abdij van Berne bij Heusden (norbertijnen of witheren) heeft vanaf 1506 een refugiehuis gehad op de huidige nummers 30, 32 en 34, naast de St.-Joriskapel. Na de verwoesting van hun abdij in 1579 trekken de kloosterlingen naar hun refugiehuis. In 1623 worden de gebouwen verkocht. De kartuizers uit Vught betrekken in 1591 hun refugiehuis in de St.-Jorisstraat, op het tegenwoordige nummer 25. In 1629 vertrekken de kartuizers naar Antwerpen. Begin 20ste eeuw komen de zusters van Ronsse er te wonen en wordt de naam Huize St.-Jan Baptist. In 1981 wordt het complex verbouwd tot 41 appartementen (genummerd 25 t/m 105). Pand nummer 13, op de hoek van het Kruisbroedersstraatje, herbergde ooit een refugiehuis. Het komt rond 1588 in bezit van klooster Catharinaberg (franciscanessen) te Oisterwijk. Vanaf 1609 staat het leeg, in 1624 komt het in handen van de karmelietessen.