101. Van scholencomplex tot woningen

Het voormalige scholencomplex aan de Geldersedam, gezien vanuit het Prins Hendrikpark. Foto: Josephine Peren

Sinds maart 2005 is het pand Geldersedam 33 een gemeentelijk monument. Het maakt deel uit van een groter, voormalig scholencomplex Geldersedam 31-34. Het bouwontwerp (1925) is van de hand van de architecten H.W. Valk en H. de Graaf. Eerst heeft er een katholieke jongensschool (1925-1929) in gezeten, later een meisjesschool. Na diverse fusies wordt de school een van de locaties van basisschool de Kameleon. Na vertrek van de schoolgemeenschap naar de nieuwbouw aan de Leonardus van Veghelstraat wordt het vroegere schoolgebouw vanaf 2014 omgebouwd tot tien woningen.

Het pand heeft een rechthoekig grondplan en omvat een begane grond en twee verdiepingen. De bovenste etage is in 1960 toegevoegd. De in Vlaams verband gemetselde voorgevel is aan de rechterzijde voorzien van een brede, uitspringende risaliet. Deze gevelvoorsprong heeft op de begane grond en eerste verdieping een venster met halfronde bovenzijde, aan weerskanten geflankeerd door een verticaal venster. Een vlak muurwerk met daarop een smeedijzeren opschrift ‘R.K. Meisjesschool’ scheidt beide verdiepingsniveaus van elkaar. De tweede verdieping heeft een breed venster, met aan weerszijden een smal, verticaal venster. Het muurwerk aan de linkerzijde van de risaliet kent vijf vensterassen.

Op de begane grond zijn vier vensters door middel van een doorlopende waterlijst gescheiden van de iets smallere bovenlichten. Aan de rechterzijde bevindt zich een moderne toegang die door twee halfhoge penanten worden geaccentueerd. De begane grond en de eerste verdieping worden van elkaar gescheiden door een betonnen waterlijst. De vensters op de eerste verdieping hebben een betonnen onderdorpel en zijn met een betonlatei gescheiden van de bovenlichten. De vijf vensters op de tweede verdieping hebben keramische onderdorpels. De voorgevel is afgesloten met een eenvoudige bakgoot. De anderhalflaagse aanbouw aan de rechterzijde van het pand is voorzien van een poort met anderhalfsteense rondboog en daarboven een smal, hoog venster. De rondboog heeft aanzetstenen en een sluitsteen. Het muurwerk is afgesloten met een geprofileerde bakgoot.

Achter de achtergevel zijn de vroegere klaslokalen en het trappenhuis gesitueerd. Het gevelvlak springt ter plaatse van het trappenhuis aan de rechterzijde enkel decimeters terug. De begane grond is voorzien van een deur met bovenlicht onder een uitstekende, betonnen latei. Direct hierboven zijn twee kleine vensters geplaatst. De eerste en tweede verdieping zijn geleed met respectievelijk vier en twee tweeruits vensters.

Het complex heeft monumentale waarde vanwege de gevels, de bouwmassa, de situering en als ensemble.